Geld in, Geld uit: Meer geld verdienen

Als je eenmaal in de gaten hebt waar je geld naartoe gaat, maak je elke maand een bestedingsplan waarin je je geld vertelt waar het naartoe zal gaan. (lees hier hoe je jezelf zover krijgt dat je je eraan houdt) Soms is dat niet genoeg, omdat je vaste lasten veel te hoog zijn voor je inkomsten en je te weinig overhoudt om je schulden versneld af te lossen. Dan is de volgende vraag: hoe kom ik aan meer geld? Dat kan op twee manieren: meer geld verdienen en besparen. In dit stuk behandel ik manieren om meer geld te verdienen.

1.       Eerste baan

Je beste manier om geld te verdienen is door middel van je baan, je primaire bron van inkomsten. Ik werk als flexer. De makkelijkste manier voor mij om meer geld te verdienen is door letterlijk meer te werken. Nu werk ik gemiddeld 30 uur per week (naast mijn studie). Dit kan makkelijk meer worden wanneer ik afgestudeerd ben. Het voordeel van een flexbaan is dat als ik deze maand meer werk, ik het meteen merk op mijn bankrekening aan het einde van de maand.

Niet iedereen heeft een flexbaan. Maar zelf dan kan je meer uren werken. Vraag je baas of de mogelijkheid bestaat om je contracturen te verhogen, zodat je deze extra uren ook uitbetaald krijgt, in plaats van dat je extra vakantiedagen verdient. Kijk ook even wat jouw CAO zegt over de verplichting van je baas om extra uren te regelen als het kan.

Als je geen extra uren kan werken, zou je kunnen kijken of je meer kan verdienen door bijvoorbeeld een loonsverhoging te vragen. Een loonsverhoging krijgen simpelweg omdat je zo lief bent en het toch wel zielig is dat je niet rondkomt elke maand, zal niet lukken. Je zal na moeten denken over jouw prestaties de afgelopen tijd en aan moeten kunnen geven op welke wijze je een meerwaarde bent geweest voor het bedrijf. Een uitgelezen moment om dit op te pakken is een functioneringsgesprek. Is dat niet standaard binnen jouw bedrijf, kan je daar gewoon om vragen. De brutalen hebben de wereld. Nee heb je, ja kan je krijgen. En allemaal meer van dat inspirerend moois wat ik nu even niet zelf kan verzinnen.

Ben je niet in staat om meer te werken én krijg je geen loonsverhoging, maar is je salaris ook ná knippen in je uitgaven simpelweg niet genoeg om rond te komen? Dan is het misschien tijd om een andere baan te zoeken. Je werkt om te leven. En als je van je werk niet kan leven, is het tijd voor ander werk. Dat klinkt misschien makkelijker gezegd dan gedaan, maar vraag jezelf dit af. Wat zijn jouw doelen? Waar wil je financieel zijn over 2, 3 of 10 jaar? Gaat dat op deze manier lukken? Past je baan niet bij je financiële doelen, moet je je prioriteiten herzien: gemakkelijk blijven waar je bent, of de sprong wagen en er financieel op vooruit gaan.

Daarentegen, als je baan past bij al je andere doelen en je verdient minder omdat je daar bewust voor kiest... Nee, zelfs dan vind ik dat je een andere baan moet zoeken. Ik moest ook mijn eigen bedrijfje opgeven (en degraderen tot een hossel) omdat ik niet genoeg ermee verdiende. De piramide van Maslow leert ons dat als het water ons aan de lippen staat, de primaire levensbehoeften (eten en onderdak) eerst komen. Als jij echter jouw droombaan (minus het droomsalaris) aan de haak hebt geslagen en je bent van zins die niet te laten gaan, is het volgende misschien iets voor jou.

2.       Tweede baan of “Hosselen”

Iedereen in schulden heeft een hossel nodig. Hosselen is het Surinaams woord voor een extra zakcentje verdienen. Op de straat gebruikt men het om te refereren naar illegale activiteiten. Daar doel ik dus expliciet niet op. Er is niets slechter voor je portemonnee dan de bak in draaien, behalve aangeslagen worden door de belastingdienst voor niet afgedragen BTW en inkomstenbelasting.

Een hossel kan vanalles zijn: een tweede baan als krantenbezorger in de ochtend voor je naar je hoofdbaan gaat, een webwinkel, spullen kopen en verkopen op Marktplaats of op de rommelmarkten in je stad. De beste hossels zijn dingen die je leuk vindt, of waar je relatief goed in bent zonder al te veel tijd in de voorbereiding ervan te investeren. Mijn tante heeft jaren gehosselt door voor mensen te koken en te bakken. Mijn moeder maakte vroeger altijd kleding voor mensen. Een vriendin verkoopt haarproducten.

Ik heb bijna elk jaar een andere hossel, waarvan niet allemaal erg lucratief zijn geweest. Ik verveel heel snel van bijprojectjes en ben er niet vies van om verder te trekken als de inkomsten opdrogen. Dat zit in de aard van het woord hossel. Dit jaar doe ik administratief werk voor mensen en bedrijven. Wie weet wat het volgend jaar is. Het gaat erom dat je je vaardigheden uitbuit om geld te verdienen, zodat je kan leven zoals je dat zelf wilt. En misschien dat er uit je hossel een echt bedrijf groeit!

3.       Subsidies

Nederland is, vooralsnog, een verzorgingsstaat. Er zijn voorzieningen beschikbaar voor mensen die niet rondkomen. Afhankelijk van je inkomsten en situatie kan je recht hebben op huursubsidie, hypotheekrenteaftrek, zorgtoeslag, kinderbijslag, you name it. Controleer regelmatig of je niet iets laat liggen. Laat je wel goed informeren en vul alle aanvraagformulieren zo secuur mogelijk in. Als je te veel ontvangt, zal je het vroeg of laat terug moeten betalen.

Hoe kom jij aan meer geld?